Ruim een jaar geleden beschreef ik hier hoe op de Haarlemmerweg een van de meer dan honderd muurgedichten van de stichting Tegen-Beeld onder een dikke laag prima dekkende muurverf verdwenen was. Vorige maand heeft Jan Willem Bruins van de stichting het Poolse sonnet ‘Bajdary’ van Adam Mickiewicz opnieuw op de blinde muur aangebracht. De ambities van Tegen-Beeld blijken intussen echter verder te gaan dan het onderhouden van de tot 2005 in onze stad gerealiseerde muurpoëzie.
Leiden is te klein voor het project, zo lijkt het, want Tegen-Beeld wil Ivo Niehe achterna. Er zijn vergevorderde plannen om het Place de St. Sulpice in Parijs te voorzien van het honderdregelige gedicht ‘Le bateau ivry’ (de dronken boot) van Arthur Rimbaud. Met onder meer Hedy d’Ancona, Elco Brinkman, Adriaan van Dis, Alexander Pechtold en burgemeester Lenferink in het comité van aanbeveling, wordt dat natuurlijk – om het onbescheiden talenwonder van de Tros te citeren – ‘unaniem een belachelijk groot succes’, om niet te spreken van een sensatie. Of zou het slechts toeval zijn dat de muur van de Grote Beer in de Rembrandtstraat uitgerekend het gedicht ‘Sensation’ van de Franse dichter bevat?
Rimbaud las ‘Le bateau ivry’ voor het eerst voor aan zijn vrienden in een etablissement aan het bewuste Parijse plein, dus de keuze van zowel plek als gedicht is begrijpelijk. Maar als tegenwicht voor alle anderstalige gedichten in Leiden had het mij leuk geleken om de Franse muur te voorzien van werk van een Leidse dichter. Het gedicht ‘Noodweer’ van import-Leidenaar Nico Dijkshoorn bijvoorbeeld: ‘Deze Fransman / Verstond mij niet / Dus moest ik hem / Helaas doodslaan.’ Wie een financiële bijdrage wil leveren aan het Rimbaud-project van Tegen-Beeld vindt meer informatie op de website muurgedichten.nl.