Vrijdag werd in café Storm de Leidse Twitter Top 25 gepresenteerd. Omdat er in onze stad veel getwitterd wordt, achtte Cedric van der Ploeg, tweedejaars student journalistiek in Utrecht, de tijd rijp voor een selectie van Leidse tweeps die het followen waard zijn. In zo’n Top 25 ontbreken natuurlijk meer namen dan erin staan, dus ben ik er trots op dat ook ik een plekje in de lijst en in het bijbehorende magazine heb weten te bemachtigen. Op verzoek schreef ik hiervoor een gastcolumn, waarin ik concludeer dat Leiden een echte Twitterstad is.
De burgemeester van deze Twitterstad twittert niet. Vorige week kondigde zijn collega Hoes van Maastricht aan te stoppen met twitteren omdat 140 tekens geen ruimte zouden bieden voor nuance, en eerder twitterde de burgervader van Hulst zich tot landelijk nieuws door na een overval op een Chinees restaurant hier schijtlollig de dlaak mee te steken. Misschien heeft Henri Lenferink dus groot gelijk dat hij nog altijd niet aan het microbloggen is geslagen. Desondanks stond hij begin deze maand op Twitter plots in het middelpunt van de belangstelling. De gemeenteraad van Nijmegen vergaderde over een nieuwe burgemeester en de geruchten dat de kansen van onze Lenferink groeiden werden steeds heviger. Leidse tweeps hielden de ontwikkelingen via de hashtag #BM024 nauwlettend in de gaten, om pas tegen tweeën een virtuele zucht van verlichting te slaken: Lenferink bleef in Leiden.
Vorige week blogde hij dat het allerminst zeker is dat hij zich in 2015 beschikbaar stelt voor een derde Leidse termijn. Mocht hij dat doen, dan is het wat hem betreft behalve aan de gemeenteraad ook aan de Leidse bevolking om zich hierover uit te spreken. De unaniem opgeluchte tweets na De Nacht van Nijmegen bewijzen echter dat hij daarvan weinig te vrezen heeft.