Maandelijks archief: januari 2014

Lege huls

We zijn het jaar in Leiden rustig begonnen. In de eerste nacht van 2014 mocht de Leidse brandweer 98 keer aan de bak en meldde de politie 112 incidenten. Hoewel ‘rustig’ daarmee een relatief begrip blijkt en 112 in dit verband natuurlijk best glimlachwekkend is, is het goed dat de positieve trend van de afgelopen jaren wordt doorgezet. In zijn nieuwjaarstoespraak toonde ook burgemeester Lenferink zich enthousiast, al betreurde hij de ‘militaire operatie’ die zo’n rustige jaarwisseling nog altijd vereist.

Beeldspraak, zou je denken, want er cirkelden geen gevechtshelikopters boven Leiden, rolden geen tanks door de Breestraat en ook luchtsteun van een squadron F16’s bleef achterwege. Gelukkig maar. Toch maakte Leiden in december bij wijze van primeur exclusief gebruik van een systeem dat door onze strijdkrachten in oorlogsgebieden wordt ingezet om aan- en inslagen te lokaliseren.

De techniek is ronduit indrukwekkend: het geluid van exploderend vuurwerk werd door her en der in en rond onze stad geplaatste microfoons geregistreerd. Op basis van de verschillen in bijvoorbeeld volume en tijd tussen de opgevangen signalen berekende de computer direct de exacte locatie van de knal, om die binnen een paar seconden op het iPad-scherm van dienstdoende dienders te toveren. Jammer alleen dat die, eenmaal ter plaatse, niet veel meer konden doen dan vaststellen dat er precies op de aangegeven plek kort daarvoor inderdaad een vuurwerkbom was ontploft. Want hoe geavanceerd en feilloos ook, het systeem heeft niet in aanhoudingen geresulteerd. En dan kun je achteraf natuurlijk wel de suggestie wekken dat er van dit defensieve huzarenstukje een preventieve werking is uitgegaan, in feite is het niet veel meer dan een losse flodder, een blindganger of, zo u wilt, een lege huls gebleken.

Advertentie

Een reactie plaatsen

Opgeslagen onder Column

Werk aan de winkel

Vorige week zondag was V&D gesloten, en dat haalde hier de krant. In het dorp van mijn schoonfamilie – dat rond de kerstdagen in het nieuws kwam omdat de gristelijke goegemeente in opstand was gekomen tegen de zondige zondagopening van de lokale Albert Heijn, twee keer per jaar – schudden vrome vreesmannen vast misprijzend hun grefo hoofden over zoveel goddeloosheid. Maar in de niet eens zo heel grote, boze stad is anno nu echt niets meer heilig en doen we zelfs op beide kerstdagen en nieuwjaarsdag gewoon onze boodschappen. Het was echter niet uit vroomheid dat V&D de deuren deze zondag een keertje dicht hield.

De ingrijpende verbouwing van het warenhuis doet letterlijk nogal wat stof opwaaien, en meer dan eens stond ik er op de roltrap terwijl op anderhalve meter afstand met veel geraas een muurtje in elkaar donderde of een systeemplafond naar beneden kwam zeilen. Goed, er was dan wel een stukje plastic gespannen, maar een beetje Aleppo was het wel. Ik zal niet zeggen dat het een godswonder is dat er geen ongelukken zijn gebeurd, maar het is op zijn minst opmerkelijk te noemen dat V&D de winkeldeuren niet eerder gesloten hield en zich daartoe pas genoodzaakt zag toen de roltrappen vervangen werden.

Het is ook nogal een klus, die renovatie, zeker als de verkoop zo goed en zo kwaad als het gaat door moet gaan. Ik kan me eerlijk gezegd niet herinneren dat ik er het afgelopen jaar iets afgestoft en afgerekend heb, maar toch zeker een paar keer per maand ga ik er wel even kijken hoe de grootscheepse verbouwing vordert. En langzaam maar zeker gaat dat de goede kant op: daglicht, een roltrap naar de vierde en eerherstel voor de Vergulden Turk… Al is er nog heel veel werk aan de winkel, voor de rest van het gebied rond de Aalmarkt is de toon in elk geval gezet!

Een reactie plaatsen

Opgeslagen onder Column

Geen vuurwerk

De toespraak van Henri Lenferink tijdens de nieuwjaarsreceptie van de gemeente Leiden, vorige week maandag in een bomvolle Pieterskerk, was verreweg de beste in zijn nu 11-jarige carrière als burgemeester van onze stad. Saai, meenden sommigen – die dat vermoedelijk ook over deze column zullen roepen -, maar nee, saai was de toespraak allerminst. Wie van verbaal vuurwerk houdt is bij Lenferink misschien niet aan het juiste adres, maar ik vond deze voorbeeldige speech evenwichtig, enthousiast en inspirerend.

Terwijl twee beamers een zorgvuldige selectie trots stemmende foto’s van onze stad projecteerden, riep de meester zijn burgers op ook in de aanloop naar de komende gemeenteraadsverkiezingen de eenheid te bewaren en los van politieke kleur de toekomst van Leiden voor ogen te blijven houden. Het nu zittende college is ondanks menig lastig dossier het eerste sinds 1978 dat de rit in de oorspronkelijke samenstelling uitzit, vertelde een zichtbaar trotse burgemeester. Minstens zo trots toonde hij zich op de waslijst aan projecten die na een soms wel erg lange aanloop eindelijk gerealiseerd worden.

Lenferinks voorzichtig geplaatste kanttekeningen bij consumentenvuurwerk werden in de lokale media ontdaan van alle nuances waarmee hij ze omkleed had. En dat is jammer, want nuancering was juist wat de traditionele toespraak dit jaar zo goed maakte. Natuurlijk maakte de burgemeester er weer een goednieuwsshow van, waarmee hij vanuit wisselende hoeken van de kerk sporadisch een tussentijds applausje oogstte. Maar tegelijk nam hij ook de tijd om even stil te staan bij de individuele zorgen van de wanhopige werkzoekende, die tegen de klippen op solliciteert en maar niet aan de bak komt. Om in vuurwerktermen te blijven mag dat dan misschien niet knallen, het siert hem wel.

Een reactie plaatsen

Opgeslagen onder Column

Kiepelton

Van de allerlekkerste haringen tot de allersmerigste oliebollen, u vindt het in Leiden! Wisten de Hollandse Nieuwe van vishandel Atlantic op het Levendaal en de patat van snackbar Friet Enzo op de Korevaarstraat de handen van de keurmeesters van het Algemeen Dagblad in 2013 nog op elkaar te krijgen, de oliebollen van Jan Overdevest op de Garenmarkt eindigden roemloos op een 151e en allerlaatste plek in de AD Oliebollentest. ‘Tief toch op met die handel,’ luidde de weinig fijntjes geformuleerde conclusie van de fijnproevers, en nee, daar is inderdaad geen woord Frans bij.

Vier jaar geleden, toen het AD de oliebollen van Overdevest als ‘originele Leidse braakballen’ afserveerde, heb ik met gevaar voor eigen leven de proef nog op de som genomen en viel het naar mijn smaak allemaal best mee – braakneigingen bleven in elk geval achterwege. Ook dit jaar had ik het goede voornemen me een eigen oordeel over de vermeende misbaksels te vormen, maar een collega van deze krant deed zijn journalistieke plicht en was me voor. ‘Wat een bagger!’ las ik op Twitter. ‘Niet gaar, om te beginnen.’ (En dat op de Garenmarkt!) ‘Binnenkant een soort deegdrab. Ik heb hem weggegooid.’

In de afvalbak dus. Of: de kiepelton, zoals wij Leidenaren zo’n ding volgens de website mijnwoordenboek.nl schijnen te noemen. ‘Kiebelton’ staat als gewestelijk woord in de Van Dale en betekent behalve afvalton ook ‘ton voor fecaliën’ – een kakvat, stronttobbe of shitbin dus. Ik kende dit woord niet, maar dat het AD de oliebollen ‘kiepeltonballen’ noemde, doet vermoeden dat de AD-journalist die de strontkar over de Leidse gebakkraam uitreed een Leidenaar is of op z’n minst Leidse wortels heeft. Een lokale vete? Zonder het objectieve oordeel van mijn gewaardeerde collega was ik het nog bijna gaan geloven ook!

Een reactie plaatsen

Opgeslagen onder Column