‘Iedere paal gaat er in!’ Deze slogan werd vorige week gekozen tot de slechtste slogan van 2015. Op zich slaat heibedrijf Steenman uit Oosterblokker de plank met deze tekst niet eens heel erg mis, maar in de ‘kontext’ – de slogan prijkt achter op de koersbroekjes van een dameswielerploeg – lijkt het me een meer dan terechte winnaar. Vorig jaar gooide de Leidse kledingwinkel Versteegh in dezelfde verkiezing nog hoge ogen. Niet met ‘Haal je broek op bij Versteegh’, maar met de in Leiden eveneens al jaren bekende slagzin ‘Eén broek voor twee billen’.
Op de 3-oktobermarkt zag ik dit jaar ‘U bent nooit te moe voor een loempia van Fu’, en dat was wat mij betreft zonder meer een kanshebber geweest. Voor Leidenaren die net als ik groot zijn geworden met de befaamde, moddervette maar stiekem o zo lekkere, in krantenpapier verpakte ‘loempia’s van de markt’ (van die Chinese mevrouw met het torenhoge haar) is er trouwens goed nieuws: deze typisch Leidse loempia’s zijn terug! Fu opende onlangs een klein winkeltje aan het einde van de Haarlemmerstraat, waar het bord met de nogal dubieuze slogan een vaste plek voor de deur heeft gekregen.
Middenstanders die hun eigen teksten schrijven… Soms pakt het verrassend goed uit, maar vaak ook niet. Bij banketbakkerij Jacobs bijvoorbeeld. Ze doen echt enorm hun best, door zich in de sinterklaastijd als de beste brokkenmakers te manifesteren en onlangs nog met de kerstslagzin ‘Grijp je krans’. Maar met taalfouten en misbaksels als ‘Gevuld Speculaas’ en ‘Wie wat bewaard die heeft wat’ (over brokken maken gesproken!) bakken ze ze soms ook wel heel erg bruin. Niet élke paal gaat er in, zeg maar, en dat is jammer. Al die slechte slogans tonen wel aan dat copywriting, net als banketbakken, een vak is. En laat dat nu net míjn vak zijn!