Maandelijks archief: oktober 2017

555

Dit is Steeksleutels nummer 555. Sommigen geloven dat getallen met identieke cijfers boodschappen van engelen zijn, waarbij ‘angel number’ 555 zou duiden op grote veranderingen. Voor Thaise chatters is 555 (klinkt als ha-ha-ha) vergelijkbaar met ons LOL. Ik denk bij 555 in eerste instantie aan het vroegere NL08INGB0000000555. Maar voor deze column ging ik op zoek naar 555 in Leiden.

Daarvoor dook ik in het onvolprezen maar juridisch betwiste Leidse online krantenarchief. Natuurlijk is er in onze stad veel geschreven over het gironummer van de gezamenlijke hulporganisaties, veelal in combinatie met lokale acties, maar het getal dook in Leidse kranten veel vaker op. In buitenlands nieuws (het aantal Amerikaanse verkeersdoden in het kerstweekend van 1964 en het gezamenlijke aantal omwentelingen van twee Spoetniks – met het ten dode opgeschreven hondje Laika aan boord van de Spoetnik II – in 1957 bijvoorbeeld), in binnenlands nieuws én in Leids nieuws.

In de oorlogsjaren was 555 het nummer van de voedselbon die Leidenaren recht gaf op een kilo aardappels. Vijftig jaar geleden was 555 op het Stadhuis het toestelnummer van de afdeling Onderwijs en Sportzaken. In 1984 kreeg je bij autobedrijf Van Haasteren 555 liter benzine cadeau bij een Honda Jazz (mijn eerste autootje!). In 1878 verstrekte de Leidse ‘Vereeniging tot Ondersteuning van Behoeftigen Kraamvrouwen enz.’ 555 kannen melk. In het kerstweekend van 1853 stelde het Leidse Werkhuis 555 volwassenen te werk. En in 1958 tenslotte was 555 het aantal in Leiden gerealiseerde woningen… Leuke feitjes, maar behalve dan twee keer een kerstweekend (toch die engelen?) zie ik als verwacht geen verband tussen de berichten. Over iets meer dan twee jaar column nummer 666 – dat klinkt hoe dan ook stukken minder engelachtig (ha-ha-ha).

Advertentie

Een reactie plaatsen

Opgeslagen onder Column

Kink

Zo goed als wekelijks worden in de Stadskrant de vergunningsaanvragen voor het leggen van kabels gepubliceerd. Er ligt natuurlijk nogal wat aan onzichtbare infrastructuur onder de grond, en het zou een mooie boel worden als elke stroom- of signaalleverancier zomaar de straat open kon graven om er zijn snoeren te trekken. Maar omdat zo’n vergunningsprocedure moeite en vooral veel tijd kost, gaan de verschillende providers om kinken in de kabel voor te zijn regelmatig op zoek naar andere wegen.

Met name van de appelgroene signaalkabels van Ziggo was het me al vaker opgevallen dat die wegen soms ondoorgrondelijk zijn. Zeker in de Leidse binnenstad, waar winkels geen aansluiting hebben maar de erboven gelegen woningen wel, lopen de snoeren soms via de buitenmuur omhoog. Meestal worden ze afgeschermd door een buisje, maar zeker niet altijd. Ongetwijfeld wordt hierbij eerder figuurlijk dan letterlijk de weg van de minste weerstand gekozen, maar op de Nieuwe Beestenmarkt maakte de kabelaar het wel heel erg bont. Te bont, wat mij betreft. Of… zou dit het werk van een creatieve en bovenal zuinige consument zijn geweest?

De coax-kabel waar ik het over heb, kwam ter hoogte van nummer 1, bij de Dukes of Oz, uit de grond, ging – zonder buisje – via de muur omhoog, langs de gevels van het overigens erg fijne Indonesische eethuisje op nummer 3 en de coffeeshop op nummer 5, stak vervolgens als een waslijn de stoep over naar een lantaarnpaal, over de abri van de bushalte heen naar de volgende lantaarnpaal, om pas dan weer terug het trottoir over te steken en bij nummer 17 in de gevel te verdwijnen. Maandenlang heb ik mij erover verbaasd, en net toen ik er een column over had geschreven, was deze groene waslijn eind vorige week plotseling verdwenen. Over kinken in de kabel gesproken!

Een reactie plaatsen

Opgeslagen onder Column

Pleinvrees

De vreugde over het ontzet van Leiden begon ooit aan de Lammenschans, maar het epicentrum van het feest der feesten heeft zich in de loop der eeuwen verplaatst naar de Lammermarkt. En hoewel de stratenmakers daar met man en macht – zelfs ’s avonds en in het weekend – druk met hun klinkertjes in de weer waren, stak bij mij half september toch wel een lichte vorm van pleinvrees de kop op: ze zouden toch wel op tijd klaar zijn? Het scheelde niet veel, maar op 28 september waren ze vertrokken en konden de zwaar beladen vrachtwagens van het reuzenrad de eerste steentjes weer meedogenloos aan gort rijden.

In een eerdere column noemde ik het dak van de ondergrondse parkeergarage een plark, omdat mij niet echt duidelijk was of het nu om een plein of een park ging. De zondag voor Leidens Ontzet was er op NPO2 een documentaire over de internationaal vermaarde tuinarchitect Piet Oudolf, die ook tekende voor het ontwerp van ons plark aan de Lammermarkt. Daarin bleek Oudolf een ware kunstenaar te zijn, die schildert met planten en grassoorten. Op basis van de projecten die hij in de VS realiseerde, zijn mijn verwachtingen hooggespannen. Maar tegelijkertijd is er bij mij opnieuw sprake van plein-, park- dan wel plarkvrees. Want hoe gaat het volgend jaar, als het beplantingsplan van Oudolf is uitgevoerd?

De nu nog lege borders waren dit jaar tijdens Leidens Ontzet nog afgedekt met rijplaten, maar dat lijkt me volgend jaar geen optie. Er is dan dus minder ruimte voor de attracties, en zorgwekkender nog: zijn al die in- en uitheemse planten die Oudolf gebruikt wel tegen ons feestvierende Leidenaren bestand? Een mens lijdt volgens Delfsblauwe tegeltjes het meest door het lijden dat hij vreest. Maar tegen pleinvrees is ook in de oogstrelende ontwerpen van Oudolf geen kruid gewassen.

Een reactie plaatsen

Opgeslagen onder Column

Bekende Buuren

‘Waar Armin van Buuren in de Nexus begon,’ zingt Jochem Myjer met rollende r in het tweede couplet van La-la-la Leiden, zijn kleurrijke en de voorbije dagen weer grijsgedraaide loflied op onze stad. Voor Leidenaren is deze zin over het Leidse verleden van de dj dan misschien gesneden wittebrood, buiten de stad kan men er geen hutspot van maken.

Leids verleden of niet, de afgelopen maanden leek Armin regelrecht af te stevenen op een breuk met zijn stad. De dj werd het gezicht van het felle verzet tegen de plannen om het busstation naar de achterkant van het station te verplaatsen, dreigde in het heetst van de strijd zijn ereburgerschap in te leveren, trad op Koningsdag voor het eerst in jaren niet in zijn thuisstad op en kocht een appartement in Amsterdam. De vastgoedpaparazzi van de website Bekende Buren onthulden onlangs bovendien dat Van Buuren nóg een monumentale bovenwoning had gekocht. In… Leiden! Een pied-à-terre, voor als hij straks in zijn nieuwe woonplaats toch heimwee krijgt?

Er stond geen adres bij, maar op basis van de foto’s, Google Maps en Streetview durf ik het wel aan: de Van Buurentjes blijven gewoon in Leiden wonen. Het nieuwe optrekje grenst namelijk direct aan de achtertuin van hun villa. Niks pied-à-terre dus, maar een binnendoor te bereiken gastenverblijf. De deal was al rond voordat duidelijk werd dat de bussen niet bij Armin in de voortuin, maar aan de voorkant van het station blijven halteren. Met de band tussen de ereburger en zijn stad is derhalve niets mis, en nu het nieuwe evenementenplein aan de Lammermarkt met de 3-oktoberkermis zijn vuurdoop glansrijk heeft doorstaan, ligt het in de lijn der verwachting dat Armin hier op Koningsdag ook weer een thuiswedstrijd komt spelen. Als zijn overvolle agenda het toela-la-laat, uiteraard.

Een reactie plaatsen

Opgeslagen onder Column