‘Hier papier. Dank u wel!’ Van mijn eerste bezoekje aan de Efteling herinner ik me vooral Holle Bolle Gijs, de pratende prullenbak. Eind jaren vijftig kreeg hij een plekje in het sprookjesbos om er een einde te maken aan de groeiende hoeveelheid zwerfvuil. Slim, zeker voor die tijd, want Gijs was uitgerust met een afzuigsysteem, een sensor en een tweesporenbandrecorder waarvan de tape wekelijks vervangen moest worden – dat dan weer wel.
Onze stad experimenteert meer dan vijftig jaar later ook met slimme prullenbakken, twitterde wethouder Strijk vorige week. Ik dacht dat hij daarmee doelde op de vier nogal lompe Bigbelly’s, die al sinds de zomer in de binnenstad te vinden zijn. Want die zijn behoorlijk slim. Niet omdat ze praten (dat doen ze niet), of een handgreep én een voetpedaal hebben en voorzien zijn van een geïntegreerd asbakje (want dat hebben en zijn ze wel), maar wél omdat ze het afval samenpersen, de reinigingsdienst een seintje geven als ze geleegd moeten worden en daarvoor met het zonnepaneel aan de bovenkant ook nog eens hun eigen energie opwekken. Ze kunnen volgens de Amerikaanse website van de leverancier trouwens nog veel meer, maar ik denk niet dat de gemeente de Wi-Fi- en iBeacon-opties heeft laten activeren.
Maar de foto bij de tweet van Strijk toont de net iets minder lompe prullenbak die wij hier al veel langer kennen. Twee medewerkers van de gemeente staan ernaast en zijn met een rolletje dubbelzijdig Tesa-tape in de weer. Mijn voorgevoel: die Bigbelly loopt te veel in de hier-papieren en Leiden wil proberen of een eigen houtje-touwtje-plakbandjes-variant niet net zo goed functioneert. Het zal mij benieuwen hoeveel provisorisch aangebrachte sensoren er daarbij in hun eigen prullenbak belanden, maar goed, wie gelooft er nu ook in sprookjes?